Het neerslaan is eenvoudig te wijten aan de chloorhexidine+ en Cl- interactie van lidocaïne HCL, waarbij onoplosbaar chloorhexidinehydrochloride wordt gevormd.
Het verkiest de voorkeur om de lidocaïne zoutvorm te vervangen door de base. De pH kan dan echter te alkalisch zijn voor de stabiliteit van chloorhexidine en aanzuren met verdund azijnzuur dient te geschieden bij pH = +/- 4,5.
Cetavlex bevatte zowel cetrimonium bromide als chloorhexidinedigluconaat.
De formule uit het FNA kan gevolgd worden als alternatief:
– chloorhexidinedigluconaat 20% oplossing 2,7 g
– cetrimide 500 mg
– cetylalcohol 10 g
– vloeibare paraffine 10 g
– gezuiverd water ad 100 g
Het betreft een waterige oplossing van 20% chloorhexidine digluconaat. Deze oplossing bevat verder geen hulpstoffen of buffer.
Er moet rekening gehouden worden met wat er in Martindale staat omtrent onverenigbaarheden: ‘Chloorhexidinezouten zijn onverenigbaar met zepen en andere anionische materialen. De activiteit kan verminderd zijn in aanwezigheid van suspendeermiddelen zoals alginaten en tragacanth, onoplosbare poeders zoals kaolien en onoplosbare verbindingen van calcium, magnesium en zink. Chloorhexidineacetaat is onverenigbaar met kaliumjodide. Bij een concentratie van 0,05% zijn chloorhexidinezouten onverenigbaar met boraten, bicarbonaten, carbonaten, chloriden, citraten, nitraten, fosfaten en sulfaten, waarbij zouten met een lage oplosbaarheid worden gevormd die uit de oplossing kunnen neerslaan. Bij verdunningen van 0,01% of meer zijn deze zouten over het algemeen oplosbaar. In hard water kunnen onoplosbare zouten ontstaan. Chloorhexidinezouten worden geïnactiveerd door kurk.’
Chloorhexidine (en zouten) zijn dus onverenigbaar met anionogene crèmes:
Bevatten bijvoorbeeld:
– Natriumlaurylsulfaat
– Sorbinezuur
Dus niet met
1. AVA (Sorbinezuur)
2. Cetomacrogolcrème (Sorbinezuur)
3. Lanettewascrème (Sorbinezuur)
4. Hydrofiele anionische crème (Natriumlaurylsulfaat)
5. Waterhoudende wolvetalcoholenzalf (Sorbinezuur)
6. Beeler
Mogelijks wel met
1. Niet-ionogene emulsiebasis
2. Cetomacrogolcrème zonder sorbinezuur (ex tempore te bereiden)
Het FNA biedt ook volgende formule aan
– chloorhexidine digluconaat x g
– cetomacrogolwas 15 g
– cetiol V 20 g
– sorbitol 4 g
– gezuiverd water ad 100 g
De Chloorhexidine 2% alcoholische oplossing is niet op waterbasis. De Chloorhexidinedigluconaat 20% oplossing is op waterbasis en kan verdund worden met gezuiverd water tot 2%.
De Chloorhexidinedigluconaat 20% oplossing is kleurloos.
Er is wel een bijwerking gekend waarbij door het te vaak nemen van het product de tong en tanden kan doen verkleuren.
Fagron heeft zowel chloorhexidinediacetaat als chloorhexidinedigluconaat 20% oplossing in het assortiment.
Naar toepassing toe wordt chloorhexidinediacetaat vaak gebruikt in een poeder of vette zalf. Digluconaat komt eerder in aanmerking wanneer de bereiding van een oplossing gevraagd wordt omwille van oplosbaarheid.
De Martindale geeft het volgende mee
– Diacetaat: sparingly soluble in water (1/55), soluble in alcohol (1/15), slighlty soluble in glycerol and in propyleenglycol
– Gluconaat: Miscible with water, with not more than 5 parts of alcohol, and with not more than 3 parts of acetone.
Chloorhexidinedigluconaat 20% oplossing is eenvoudig te verdunnen tot 2%.
Volgende TMF formule geeft de nodige uitleg; https://www.mfk-qmp.be/nl/formules/chloorhexidinedigluconaat-waterige-oplossing-005.
De vervaldata kan gehanteerd worden indien geen andere richtlijnen gekend zijn.
De Martindale geeft volgende informatie:
“As an antimicrobial preservative, chlorhexidine is used at a concentration of 0.01% of the acetate or gluconate
in eye drops. Solutions containing 0.002 to 0.006% of chlorhexidine gluconate have also been used for disinfection
of hydrophilic contact lenses.”